Een weekendje paradijs

De speedferry racete over het water. Bij de vierde halte mocht ik eruit. Wooow! Wat een ongelofelijke omgeving. Ik liep een wit geschilderde pier op en werd begroet door de manager van het resort. Samen met de andere gasten liep ik richting het witte strand, over het heldere water van de zee. Het Ecoseadive resort ligt helemaal alleen in een schitterende baai. Er is een groot verschil tussen eb en vloed en daarom kun je in het begin genieten van laag water, daarna is er een zandbankje en daarachter loopt het best snel af naar dieper water waar je lekker kunt zwemmen en snorkelen.

IMG_8707

Ik had vier duiken geboekt en kon me meteen gaan omkleden. De andere duikers stonden al te wachten. We gingen een kleine boot op en ik maakte kennis met Chris, onze Duitse divemaster. Chris was een relaxte kerel die onderwater goed op ons lette. Tijdens de eerste duik moest ik nogal wennen en ik was een beetje teleurgesteld met de onderwaterwereld. Gelukkig was de duik na het lunchbuffet een stuk beter. Mijn favoriete duiken waren op de tweede dag. ’s Ochtends was het nogal bewolkt en was het zicht onder water dan ook niet zo goed. Toch zagen we een aantal mooie vissen, zoals een inktvis die op de bodem lag te chillen en toen weg zwom toen wij een kijkje kwamen nemen. Het was een hele ondiepe duik, maar dat betekende dat we wel 73 minuten onder konden blijven. Ik had het idee dat ik echt heel dichtbij het koraal zweefde. Toen het tijd was voor mijn laatste duik, was de zon fel gaan schijnen en waren de wolken verdreven. We hadden goed zicht en zagen mooie koralen en scholen vissen. Het was de perfecte duik om mee af te sluiten.

Het fijne aan het resort was dat ik na het duiken nog genoeg tijd had om te relaxen en te genieten van de zon, het strand en het water. Het water was zo warm dat je zelfs als het donker was nog comfortabel kon gaan zwemmen. Dat was ook wel aan te raden, want er zit heel veel lichtgevende plankton in het water. Als je er doorheen zwemt of met je handen doorheen veegt, zie je allemaal lichtjes, alsof het water gevuld is met led lampjes. Helaas had ik gewacht tot de tweede dag en kwam er een storm aan. Er waren zoveel bliksemflitsen in de lucht en ik hoorde het in de verte al rommelen. Ik ben dus niet erg lang in het water gebleven.

IMG_8665

Op mijn laatste dag heb ik niet meer gedoken, maar ben ik de omgeving gaan verkennen. Ik liep eerst door het bos, en dan bedoel ik jungle, naar Clearwater Bay. Ik was vroeg vertrokken en was dus al om 9 uur daar, voordat er andere mensen waren. Er stond een behoorlijke wind en dus waren er best veel golven, omdat de baai veel minder beschut is dan waar ik verbleef. Het zand was wel parelwit, maar helaas lag er ook veel afval. Ik heb wat gezwommen en naar de zee gestaard voordat ik terug ging naar het resort. Daar had ik wat tijd om te zwemmen voordat ik doorliep naar het dorpje, ongeveer 20 minuten verderop. Je kon gewoon het strand volgen en kwam dan uit in het kleine dorp, waar wel een grote keuze aan restaurantjes was. Het eten op het resort was erg lekker, maar ook vrij prijzig. Hier kreeg ik veel grotere porties voor de helft van het geld!

Toen ik terug kwam in het resort heb ik nog lang in het water gelegen. Wat was het toch fijn om zo’n strand voor jezelf te hebben. Wat dat betreft het ik een uitstekende keuze gemaakt. Ik heb genoten van het duiken, de rust, het water en de andere mensen op het resort. Ik kon gewoon vanuit mijn bed het strand op lopen. Het was dan ook moeilijk om weg te gaan. Mijn boot bleek ook nog eens een ramp te zijn. De speedferry kwam niet. In plaats daarvan kwam er een slowboat die me naar Koh Rong bracht. Daar moest ik aansluiten bij de mensen die ook naar Sihanoukville wilden. De speedferry was veel te laat en daarom kregen we allemaal een cola. Toen hij eindelijk kwam bleek de zee best wild te zijn en klapten we over het water naar het vasteland. Midden op het water legde de kapitein de boot stil. Er was iets met de motor. Eén van de jongens op de boot zette een duikbril op en sprong het water in. Na een paar minuten was het weer gemaakt. Toen we eindelijk land bereikten, werden we bij de verkeerde haven afgezet en moesten we nog met de bus verder! Ik was blij toen ik in het hostel was en aan een bord fish & chips zat.

Een confrontatie met de realiteit

Als ik in Cambodja gewoond had in de jaren 70, was ik nu dood geweest. Waarom? Gewoon omdat ik een bril draag, vreemde talen spreek, hoogopgeleid ben en er mijn eigen ideeën op na hou. In 1975 marcheerde het leger van de Khmer Rouge Phnom Penh binnen. In no time wisten ze de macht te krijgen en begonnen ze mensen uit de stad te verjagen. Steden waren namelijk al net zo verrot als mensen met kennis. Onder leiding van Pol Pot zou Cambodja, dat de naam Kampuchea kreeg, de ideale communistische staat worden. Iedereen zou boer zijn en alles zou gedeeld worden. Maar elk idee kent vijanden, en daarom werd de bevolking nog eens grondig gecontroleerd. Ongeveer een kwart van de bevolking is gestorven tijdens het 3 jarige bewind van Pol Pot.

Was je leraar, droeg je een bril, was je te slim voor je eigen bestwil, of was je om een andere reden verdacht van spioneren? Dan werd je opgepakt en in de gevangenis gegooid. S21, of Tuol Sleng, was zo’n gevangenis en tevens een plek waar men gemarteld werd. Nu is het een museum, waar je met een audiotour rond kunt lopen en de geschiedenis leert. Dit museum windt er zeker geen doekjes om. Er hangen foto’s van mensen wiens gezicht aan pulp was geslagen, die gemarteld zijn, dode lichamen die met de enkels nog vastgeketend op een bed liggen. Gelukkig zijn het oude foto’s, zwart-wit en niet erg scherp. Je loopt door de gebouwen waar alle verschrikkelijke ondervragingen en martelingen gebeurden. Ook staan de cellen er nog. De oude klaslokalen zijn volgebouwd met kleine hokjes, soms met bakstenen, soms met hout. Ze lijken haastig geplaatst te zijn. “Ik had een fles om in te plassen. Als ik miste moest ik het oplikken.” zegt één van de weinige overlevenden in een audiofragment.

Buiten is er een mooie binnenplaats. Het straalt kalmte uit, met mooie bomen die in bloem staan en gras. Er liggen wel een aantal grafstenen in een monument, maar daarvoor staat een rekstok. Het is een overblijfsel van de onschuldige middelbare school, waarvoor het gebouw diende voordat de Khmer Rouge het overnam. Waarom is er dan een beeld van een man die gemarteld is? Toen deze school een gevangenis werd is de rekstok gebruikt om gevangenen aan hun enkels omhoog te trekken en te laten zakken in een grote urn vol poep. Het was slechts één van de martelmethodes.

De audio tour is echt heel goed, maar ook kritisch op hoe de wereld omgaat met genocide. Je hoort verhalen van beide kanten, zowel bewakers of martelaars als slachtoffers. Heel indrukwekkend was het fragment van de broer van de Nieuw Zeelander die hier is omgekomen. Er zat zoveel emotie in. Het fragment kwam van de rechtszaak tegen Duch, de baas van de gevangenis tijdens het Khmer Rouge regime. De broer laat alles eruit, hoe hij Duch aan wou doen wat zijn broer was aangedaan en hoe vaak hij daarover gedacht had. Maar dat hij probeerde vrede te krijgen en gewoon wilde dat Duch gestraft zou worden.

Ook hoor je een man die als martelaar werkte. Hij getuigt dat mensen tot het randje werden gebracht. Ze mochten niet doodgaan. Als dat gebeurde was dat een foutje en dan kon je als martelaar zelf ook in de problemen komen en wellicht je leven verliezen. De man zei dat er zusters waren die een zoutoplossing over de wonden gooiden. Zodra ze enigszins geheeld waren, werden de gevangenen opnieuw gemarteld. Deze zusters in kwestie waren natuurlijk onopgeleide mensen, want de echte dokters werden vermoord. Deze dames hadden slechts vier maanden training gehad. Deel van die training was natuurlijk de delen en organen van het lichaam zien. Hiervoor werden gevangenen levend gevild.

Waarom werden al deze mensen gemarteld? De Khmer Rouge hield er nogal rare ideeën op na en was erg achterdochtig. Iedereen die potentieel een vijand was werd gemarteld. De Khmer Rouge wilde namelijk een bekentenis, zodat ze vervolgens mensen konden executeren. Mensen mochten pas dood gaan als ze een adequate bekentenis af hadden gelegd. De Khmer Rouge zocht naar bekentenissen dat mensen dingen fout hadden gedaan, dat ze een spion waren voor de CIA of de KGB. Ze moesten dan ook meteen andere ‘spionnen’ verlinken en zo kwamen dan weer een hoop andere mensen in de problemen. Dat dit allemaal bullshit was blijkt wel uit de bekentenis van de opgepakte Nieuw Zeelander. Hij schreef namen op van popidolen.

Tegen het einde van de regeerperiode van de Khmer Rouge, werden ook veel van hun eigen mensen hier opgesloten. Of ze wisten te veel, of iemand was achterdochtig. Ze begonnen elkaar niet meer te vertrouwen. Veel van deze mensen waren kinderen. Ze werden opgeleid door de Khmer Rouge en wisten dus niet beter. Het was gemakkelijker om een kind op te leiden om iemand te doden, want die geloofde wel dat het het beste voor het land was. Zodra iemand een bekentenis had afgelegd die door de keuring kwam, had hij zijn doodsvonnis ondertekend. ’s Nachts werden ze in een busje geladen en naar Choeung Ek gebracht, ongeveer een half uurtje rijden van Phnom Penh. Het staat nu beter bekend als de killing fields, hoewel het slecht één van de vele killing fields is. Er lag al een Chinese begraafplaats en het was er rustig. De perfecte plek voor een dagelijkse massamoord. Om kogels te besparen werden mensen geslagen, met bamboestokken of landwerktuigen. Daarna werden ze meteen in grote graven gegooid die van te voren gegraven waren. Om te zorgen dat iedereen echt dood was werden er nog wat chemicaliën in de graven gegooid voordat er aarde overheen ging.

Ook Choeung Ek kun je bezoeken. Je loopt gewoon over het terrein waar nog steeds schedels en stukjes bot uit de grond tevoorschijn komen. Elke drie maanden worden ze opgeraapt en krijgen ze elders een rustplaats. Tussen de boomwortels hangen nog oude kledingstukken, die helemaal met de bomen vergroeid zijn. Een verhoogd pad loopt tussen de kuilen waar al deze mensen begraven waren. Om de omheining zijn allemaal armbandjes vastgemaakt. Dan zie ik een boom met allemaal armbandjes eraan. Dit is de killing tree. De boom werd gevonden met resten bloed en hersenen. Hier werden babies met hun hoofd tegen de boom geslagen om vervolgens direct in het massagraf geslingerd te worden. Hun moeders mochten toekijken totdat ze zelf het graf in geknuppeld werden. Eén van de graven zat vol onthoofde mensen, waarschijnlijk mensen die een tijd voor de Khmer Rouge gewerkt hadden, want ze hadden uniformen aan.

Wat er gebeurd is in Cambodja is verschrikkelijk. Als je naar deze twee museums gaat wordt je nog eens met je neus op de feiten gedrukt. Door middel van deze musea willen de oprichters aandacht krijgen voor genocide en niet alleen die in Cambodja. Er komt een opsomming van landen voorbij waar iets soortgelijks is gebeurd of nog gebeurt. Ook wordt er kritisch naar de wereld gekeken. Waarom werd Pol Pot bijvoorbeeld in de jaren 90 nog steeds erkend door de VN? Er werd gewoon niet geluisterd naar de verhalen van vluchtelingen. Ze zullen wel overdrijven. Ik moet meteen denken aan de Rohingya’s in Myanmar, die op het moment uitgeroeid worden terwijl de wereld toekijkt.

In het midden van de killing fields staat een grote toren die gevuld is met de schedels en andere botten van de slachtoffers. Van elke schedel is bekend welk wapen gebruikt is. En elke schedel was een mens net zoals ik. Een mens die geen idee had wat hij fout had gedaan. Een onschuldige mens. Een mens die ontzettend bang moet zijn geweest en ondraaglijke pijn heeft moeten doorstaan. Ik ben er stil van. Ik heb zoveel gehoord en geleerd en ik wil meer weten, maar mijn hoofd zit helemaal vol. Het was een verschrikkelijke dag en toch ook een van de beste.